Borstreconstructie

Inhoudstafel

Een borstreconstructie betekent dat er een nieuwe borststructuur wordt gecreëerd op de plaats waar de borst verwijderd werd omwille van een borstamputatie. Voorts kan de tepel en het tepelhof ook gereconstrueerd worden en is er een mogelijkheid tot symmetrisatie operaties aan de andere borst.

Het is van groot belang om realistische verwachtingen te koesteren omtrent het resultaat. Voorafgaande gesprekken met de plastische chirurg moeten helpen om een realistisch beeld te krijgen. De nieuwe borst kan er natuurlijk uitzien en normaal aanvoelen, maar voor de patiënt kan de nieuwe borst anders voelen dan voorheen.

De plastisch chirurgen die aan het OLV Ziekenhuis zijn verbonden, hebben ingetekend op een conventie met het Riziv. Daarbij verklaren ze zich akkoord met beperkingen op de ereloonsupplementen in ruil voor correctie Riziv-tarieven voor deze ingreep. Het OLV Ziekenhuis is bijgevolg opgenomen op de lijst met toegetreden ziekenhuizen op de betrokken webpagina van het Riziv.

Borstreconstructie met eigen weefsel

Deze techniek resulteert meestal in een natuurlijk uitziende en aanvoelende borst. Hierbij worden er geen lichaamsvreemde voorwerpen in het lichaam aangebracht. De tepel kan op het ogenblik van de reconstructie gecreëerd worden of tijdens een latere ingreep. Laattijdige complicaties zijn bij deze techniek quasi uitgesloten.

Voor de reconstructie met lichaamseigen weefsel bestaan er verschillende types van flappen:

LD Flap

De ‘LD flap’ staat voor Musculus Latissimus Dorsi. Dit is een spier die gesitueerd is in de bovenste helft van de rug. Deze spier wordt tijdens de ingreep gebruikt voor het reconstrueren van de nieuwe borst. Deze spier wordt naar voren gedraaid om meestal eveneens een prothese te bedekken en te beschermen. Soms volstaat echter enkel de huid en de spier om volumesymmetrie te bekomen. Vaak heeft de spier onvoldoende volume om een mooi symmetrisch resultaat te verkrijgen.

Samen met de spier kan er ook huid en vet verplaatst worden om het tekort aan huid ter hoogte van de borstregio op te vullen. Zo wordt er in insnijding gemaakt onder het schouderblad en ontstaat er een litteken op de rug na de ingreep. Dit litteken kan zeer prominent en storend zijn. De ingreep duurt twee tot drie uur.

TRAM Flap

De ‘TRAM flap’ staat voor  Transverse Rectus Abdominis Myocutaneous flap. Bij deze ingreep gebruikt men één van de rechte buikspieren. Deze spieren lopen in verticale richting van het borstbeen tot het schaambeen.

De spier wordt samen met vetweefsel en huid in de vorm van een ellips tussen navel en schaambeen, naar de borst verplaatst en in een borstvorm gemodelleerd. Dit noemt men een gesteelde TRAM flap, aangezien het weefsel gesteeld blijft aan het lichaam en zijn bloedvoorziening krijgt via de rechte buikspier.

Een nadeel van deze methode is dat de bloedvoorziening vaak van mindere kwaliteit is. Hierdoor kunnen soms delen van de flap afsterven (huid- en vetnecrose tot 20% kans). Een ander nadeel is het opofferen van een rechte buikspier, waardoor er een zwakte van de buikwand en zelfs breuken kunnen optreden. De mogelijke lichamelijke activiteit is na de ingreep vaak verminderd. De operatie neemt drie tot vijf uur in beslag.

Vrije Flap (TRAM en TMG) en vrije Perforator Flap: DIEP, SIEA, s-GAP

Bij deze techniek worden vet en huid en soms ook een stuk van de spier van een ander lichaamsdeel volledig losgemaakt en dan verplaatst naar de borst met een aan- en afvoerend bloedvat. Het andere lichaamsdeel kan bijvoorbeeld de buik (vrije TRAM) of een bil (vrije GAP) zijn.

Deze ingreep dient te gebeuren door een plastische chirurg die gespecialiseerd is in de microchirurgie. Een belangrijk nadeel bij deze techniek is dat er een klein deel van het spierweefsel wordt opgeofferd indien men kiest voor een TRAM-flap. De nieuwere technieken zoals vrije DIEP en vrije S-GAP offeren geen spierweefsel op en beïnvloeden de mobiliteit dus niet. De patiënten recupereren snel en volledig. Deze techniek faalt in 2% van de gevallen, omwille van de vrij secure dissectie van de bloedvaten uit het spierweefsel of het omliggende vetweefsel. De ingreep duurt zes uur. Complicaties treden zelden op en geeft als resultaat een ‘warme’ borst doordat de borst de lichaamstemperatuur opneemt door de doorbloeding.

Bij reconstructie met eigen weefsel is het zelden aangewezen om een correctie uit te voeren bij de andere, gezonde borst. De gezonde borst kan immers goed nagebootst worden door middel van reconstructie met eigen weefsel. Eigen weefsel is gemakkelijker modelleerbaar dan een prothese. De met eigen weefsel gereconstrueerde borst zal een normaal fysiologisch verloop kennen in de volgende levensjaren. Dit wil zeggen dat de borstomtrek toeneemt met een toename van het gewicht en de borst ook zal uitzakken met de jaren.

Borstreconstructie met lichaamsvreemd materiaal

Deze folder handelt specifiek over reconstructies met lichaamsvreemd weefsel. Bij deze techniek wordt er gebruik gemaakt van synthetische inwendige implantaten. Dit zijn traanvormige zakjes, gevuld met siliconen of een zoutoplossing. Deze worden onder de huid of onder de borstspier geplaatst.

Om inkapseling door littekenweefsel te voorkomen, wordt het implantaat best onder een spier geplaatst in plaats van onmiddellijk onder de huid. Bij een onmiddellijke reconstructie wordt in de plaats van het verwijderde borstklierweefsel meteen een prothese achtergelaten. Bij een laattijdige reconstructie, worden er kleinere implantaten aangebracht zonder dat de huid en de spieren van de borstwandkas overmatig moeten worden uitgerekt.

Het overmatig uitrekken is nodig om grotere implantaten aan te brengen. Dit wordt bekomen door middel van een tijdelijke expander. Dit is een bijvulbare prothese met een siliconen-wand voorzien van een terugslag- klep. Tijdens de inplanting wordt er reeds een hoeveelheid fysiologisch water in de prothese gebracht. Nadien wordt de prothese op regelmatige tijdsstippen bijgevuld. Na drie tot zes maanden zal de huid en de spieren voldoende gerekt zijn om de tijdelijke expander te vervangen door een definitieve prothese.

Vooraf

Op de consultatie wordt nagegaan of u in aanmerking komt voor deze ingreep. Er vindt een bevraging plaats van de medische én de familiale voorgeschiedenis, medicatiegebruik, allergie, problemen met hoge bloeddruk of stollingsstoornissen. De chirurg kan u voorbeelden laten zien indien u dit wenst. Vervolgens gebeurt er een onderzoek van de borsten. Hiervoor verricht de chirurg enkele metingen ter hoogte van het bovenlichaam en de borsten. Eventuele afwijkingen worden grondig met u besproken. Voorts voelt de chirurg of er geen abnormale massa’s in de borst of de oksel te voelen zijn. Een recente mammografie en/of echografie is een vereiste om verder te kunnen gaan met de ingreep.

De dag van de ingreep

Eventuele pre-operatieve onderzoeken gebeuren ambulant voor de opname. De chirurg komt langs bij u op de kamer of in het operatiekwartier om de ingreep en het verloop nogmaals door te nemen. Op het bovenlichaam wordt een tekening geplaatst. Deze tekening dient als richtlijn voor de chirurg tijdens de operatie. Op dit moment zullen er ook foto’s genomen worden om achter te vergelijken met het resultaat.

De verpleegkundige begeleidt u naar de operatiezaal en ontsmet het bovenlichaam. Nadat de anesthesist u in slaap heeft gebracht, duurt de ingreep ongeveer een uur. Na de ingreep wordt u op ontwaakzaal gehouden. Nadien verhuist u terug naar de kamer. Op de zijwand van de borst wordt een drain (plastic buisje) geplaatst. Deze drain dient om het wondvocht op te vangen. Via een infuus krijgt u pijnmedicatie. De duur van het verblijf in het ziekenhuis (gemiddeld 1 tot 2 dagen) is afhankelijk van uw algemeen welzijn en het debiet van de drain. Bij ontslag krijgt u een voorschrift voor pijnstilling mee, eventueel een voorschrift voor thuisverpleging en een vervolgafspraak. De pijn wordt het sterkst ervaren de eerste 24 tot 72 uur na de ingreep. De borst is dan nog gezwollen en zeer gevoelig. De wondjes dienen droog gehouden te worden gedurende vier weken en u mag geen sport beoefenen.

Achteraf

Bij het verlaten van het ziekenhuis wordt er aangeraden de rest van de dag rustig door te brengen. Bij het slapen of rusten mag u elke houding aannemen, met uitzondering van buiklig.

De eerste dagen kan u na de ingreep pijn ervaren. Deze blijft bij de meeste patiënten zeer beperkt. Aangezien het verband dient droog te blijven, is douchen verboden. U mag gedurende vier weken geen sport beoefenen. Wat betreft professionele activiteiten (niet zwaar fysiek) kan u de volgende dag hervatten. Na twee weken zal de hechting op de consultatie worden verwijderd. Vanaf dan mag u terug baden en douchen. Gedurende een aantal maanden zal u het litteken moeten beschermen tegen de zon.

U zal merken dat in het begin het litteken vrij rood ziet en wat hard aanvoelt. Dit zal in de loop van de tijd verbleken tot een discreet wit litteken. Het zachtjes masseren en het aanbrengen van siliconencrème op het litteken kan dit proces verbeteren. Direct na de ingreep kan de tepel wat ‘gemaakt’ overkomen en hard aanvoelen. Na een drietal maanden zal deze meer soepel worden en er natuurlijker uitzien.

Na drie maand kan het tepelhof gereconstrueerd worden. De chirurg kan u in contact brengen met professionele tatoeëerder.

Verwikkelingen

Bij een goede indicatie en goede opvolging van de richtlijnen is de kans op verwikkeling beperkt. Klassieke complicaties zijn een nabloeding of infectie. Beiden komen echter uiterst zelden voor.  Indien u na de ingreep meer pijn, koorts, verkleuring van de huid, een vochtig verband, een sterk gezwollen borst of ongerustheid ervaart, dient u contact op te nemen met de dienst plastische heelkunde of buiten de kantooruren met de spoedafdeling.

Kleine verschillen zijn mogelijk tussen de gezonde en de gereconstrueerde borst. Andere nadelen zijn: kapselvorming rond het implantaat, infectie van het implantaat, perforatie van het implantaat doorheen de huid of lekkage van het implantaat. Deze complicaties kunnen te allen tijde na de reconstructie voorkomen. Bovendien is de kans groter na bestraling van de borst (30 tot 40%).

Bijkomende vragen of opmerkingen kan u stellen tijdens de consultatie.

Uw keuze: reconstructie samen met bortamputatie of op een later tijdstip?

Voordelen van een onmiddellijke reconstructie

  • De patiënt wordt niet geconfronteerd met het gemis van een borst.
  • Eén ingreep in de plaats van twee betekent minder kosten, minder lichamelijke problemen na de operatie en anesthesie en een kortere hersteltijd.

Voordelen van een late reconstructie (secundaire reconstructie)

  • Meer bedenktijd om de reconstructietechniek te kiezen.
  • De eventuele tekortkomingen van de reconstructie worden beter aanvaard.
  • Een kleinere kans op infectie van de gereconstrueerde borst bij patiënten die nog chemotherapie moeten ondergaan (vooral bij prothesereconstructies).

Uw keuze: synthetische implantaten of lichaamseigen weefsel?

Synthetische implantaten

  • Kunnen scheuren of beschadigd raken waardoor ze vroeg of laat moeten worden vervangen.
  • De operatie (en anesthesie) is van kortere duur.
  • De herstelperiode is korter.
  • Complicaties kunnen ook nog in het latere leven optreden.

Lichaamseigen weefsel

  • De nieuwe borst is zacht, ziet er natuurlijker uit en voelt warm aan.
  • Er worden geen lichaamsvreemde voorwerpen in het lichaam ingebracht.
  • De operatie duurt langer.
  • De postoperatieve ongemakken zijn niet te onderschatten, maar verdwijnen volledig.
  • De herstelperiode is langer.
  • Complicaties komen bijna uitsluitend voor tijdens het ziekenhuisverblijf.

Tepelreconstructie en symmetrisatie-ingrepen

Tepel- en tepelhofreconstructies gebeuren drie tot zes maanden na de eerste reconstructie. Deze periode is noodzakelijk om de borst een definitieve vorm en plaats te laten aannemen. Op deze manier kan de juiste positie van de nieuwe tepel bepaald worden.

De tepel wordt meestal gereconstrueerd met twee of drie kleine flapjes afkomstig van de huid van de flap op de plaats waar de nieuwe tepel moet gevormd worden. Hierdoor worden er nieuwe, kleine littekens gevormd in de nabijheid van de nieuwgevormde tepel. Deze littekens kunnen echter gecamoufleerd worden door een tatoeage van het tepelhof en de tepel. Uitzonderlijk kan de tepel gereconstrueerd worden door een transplantatie van een gedeelte van de andere tepel. Hiervoor dient de oorspronkelijke tepel van voldoende grootte te zijn.

De reconstructie van het tepelhof door een tatoeage gebeurt ongeveer één tot drie maanden na de reconstructie van de tepel. Een tatoeage van het tepelhof is echter geen definitieve oplossing. Het dient herhaald te worden omwille van het vervagen van het pigment.

Vooraf
Op de consultatie wordt nagegaan of u in aanmerking komt voor deze ingreep. Er vindt een bevraging plaats van de medische voorgeschiedenis, medicatiegebruik, allergie, problemen met hoge bloeddruk of stollingsstoornissen. De chirurg kan u voorbeelden laten zien indien u dit wenst.

De dag van de ingreep
De ingreep is mogelijk onder lokale verdoving. De chirurg komt langs bij u op de kamer of in de operatiezaal, om zo het verloop en de ingreep nogmaals door te nemen. Op het bovenlichaam wordt een tekening geplaatst. Deze tekening dient als richtlijn voor de chirurg tijdens de operatie. Op dit moment zullen er ook foto’s genomen worden om achter te vergelijken met het resultaat.
De verpleegkundige begeleidt u naar de operatiezaal en ontsmet het bovenlichaam. Daarna wordt deze zone afgeplakt met steriele velden. Na eerst een aantal verdovende injecties te geven in de regio waar de tepel komt, voert de chirurg zijn werk uit. De ingreep duurt 20 tot 30 minuten. Na de ingreep zal u een verband dragen. Qua pijnstilling krijgt u postoperatief een voorschrift mee voor pijnstillers. Voorts krijgt u eventueel een voorschrift voor de thuisverpleging en een vervolgafspraak. Gedurende vier weken dienen de wondjes droog en rein te zijn en mag u geen sportactiviteiten beoefenen.

Achteraf
Bij het verlaten van het ziekenhuis wordt er aangeraden de rest van de dag rustig door te brengen. Bij het slapen of rusten mag u elke houding aannemen, met uitzondering van buiklig.
De eerste dagen kan u na de ingreep pijn ervaren. Deze blijft bij de meeste patiënten zeer beperkt. Aangezien het verband dient droog te blijven, is douchen verboden. U mag gedurende vier weken geen sport beoefenen. Wat betreft professionele activiteiten (niet zwaar fysiek) kan u de volgende dag hervatten. Na twee weken zal de hechting op de consultatie worden verwijderd. Vanaf dan mag u terug baden en douchen. Gedurende een aantal maanden zal u het litteken moeten beschermen tegen de zon.
U zal merken dat in het begin het litteken vrij rood ziet en wat hard aanvoelt. Dit zal in de loop van de tijd verbleken tot een discreet wit litteken. Het zachtjes masseren en het aanbrengen van siliconencrème op het litteken kan dit proces verbeteren. Direct na de ingreep kan de tepel wat ‘gemaakt’ overkomen en hard aanvoelen. Na een drietal maanden zal deze meer soepel worden en er natuurlijker uitzien.
Na drie maand kan het tepelhof gereconstrueerd worden. De chirurg kan u in contact brengen met professionele tatoeëerder.

Verwikkelingen
Bij een goede indicatie en goede opvolging van de richtlijnen is de kans op verwikkeling beperkt. Klassieke complicaties zijn een nabloeding of infectie. Beiden komen echter uiterst zelden voor.  Indien u na de ingreep meer pijn, koorts, verkleuring van de huid, een vochtig verband, een sterk gezwollen borst of ongerustheid ervaart, dient u contact op te nemen met de dienst plastische heelkunde of buiten de kantooruren met de spoedafdeling.

Bijkomende vragen of opmerkingen kan u stellen tijdens de consultatie.